Welkomstwoord door Jan van Zanen bij de viering van 40 jaar Bestuurskunde in Leiden en Den Haag, 27 november 2024
Goedemiddag allemaal,
40 jaar geleden startte de studie Bestuurskunde aan de toenmalige Rijksuniversiteit Leiden.
Een moment om bij stil te staan, zeker hier in Den Haag, de stad waarheen op 1 januari 2012, dus al bijna 13 jaar geleden, het Instituut Bestuurskunde verhuisde.
Enkele weken later, niet meer dan logisch, gevolgd door de Bestuurskundige Interfacultaire vereniging Leiden, de B.I.L.
Die verhuizingen van Bestuurskunde en de bijbehorende studievereniging waren niet vrij van enige symboliek.
Van Leiden, de stad met de oudste universiteit van Nederland, naar Den Haag, sinds mensenheugenis het bestuurlijk centrum van ons land én nu al 125 jaar internationale stad van vrede en recht.
Van het Pieter de la Courtgebouw, achter het station Leiden Centraal, naar Stichthage, pal vóór het station Den Haag Centraal en later naar de Turfmarkt.
Van de stad van Pieter de la Court naar de stad van Spinoza, die hier op een steenworp afstand vandaan woonde en op wiens politieke denken De la Court aanzienlijke invloed had.
Maar Den Haag is natuurlijk ook de stad van de triomf en tragiek van Johan de Witt, met wie De la Court indirect in contact stond.
Voor Den Haag, waar de aanwezigheid van de Universiteit Leiden sinds de jaren negentig gestaag is gegroeid, betekende de komst van het Instituut Bestuurskunde een belangrijke mijlpaal.
Van de wisselwerking tussen de academische wereld en de praktijk profiteren beide partijen, dat is evident.
En dan heb ik het niet alleen over de in Den Haag gevestigde instanties van de rijksoverheid, maar óók die van de provincie Zuid-Holland en, last not least, de gemeente.
De laatste jaren is het besef gegroeid dat gemeenten en lokale overheden op tal van terreinen een rol van doorslaggevende betekenis spelen.
Iets dat vorige maand nog eens werd bevestigd tijdens de jaarvergadering van United Cities and Local Governments, zeg maar de wereldvereniging van gemeenten, hier in Den Haag.
Centraal stond die dagen de rol die gemeenten kunnen spelen in het tegengaan van polarisatie, het nastreven van vrede en van duurzame ontwikkeling, die nadrukkelijk óók sociaaleconomische duurzaamheid behelst.
Wat dat betreft zie ik interessante parallellen met de samenwerkingen tussen het Instituut Bestuurskunde en de gemeente Den Haag.
Daarbij denk ik in het bijzonder aan de deelname van studenten aan het Buurtlab Project of het onderzoek dat studenten in Haagse wijken doen als onderdeel van de ‘sustainability challenges’, waar het palet reikt van energieneutraal schaatsen tot duurzame bosbouw in Zambia.
Noem ook het (promotie) programma Publiek Leiderschap en het vervolgprogramma dat in januari van start gaat, Publiek Leiderschap in Samenwerking.
De uitdagingen waar onze maatschappij mee geconfronteerd wordt lijken met de dag in aantal toe te nemen en complexer te worden.
Bij alle zorgen die ook ik heb over het hier en nu als ook de toekomst ben ik niet pessimistisch.
Want ik weet over hoeveel kennis en kunde de alumni van de studie Bestuurskunde beschikken, van wie hier vandaag vertegenwoordigers aanwezig zijn.
En ik realiseer ik me tevens dat de huidige studenten, hier eveneens vertegenwoordigd, op dit moment zich bekwamen om die uitdagingen van nu en morgen te lijf te gaan.
Reden te meer om de succesvolle samenwerking tussen het Instituut Bestuurskunde voort te zetten en de toekomst, ook al zijn er vele horden te nemen, met optimisme tegemoet te treden.
Dank.
