Toespraak door burgemeester Jan van Zanen bij de start van het particuliere initiatief ‘Vlaggen voor Oekraïne’, 10 maart 2022

 

Sinds 24 februari is het oorlog.

Oorlog in Oekraïne, oorlog in Europa.

Ons Europa.

De schokgolf die de invasie van het Russische leger teweeg heeft gebracht, is dan ook voelbaar tot in de straten van Den Haag.

Ja, tot in onze hoofden en harten.

Want het land dat nu zo bruut wordt aangevallen mag dan ruim tweeduizend kilometer hier vandaan liggen, wij voelen ons in deze dagen één met het volk van Oekraïne.

We zijn ontzet bij zien van de beelden van de verwoesting die over het land raast.

Kinderen, ouderen die moeten schuilen in kelders en metrostations.

Burgers, zieken en zwangere vrouwen die worden bestookt met bommen en granaten, terwijl ze een veilig heenkomen zoeken.

Kerncentrales die doelbewust worden aangevallen.

Den Haag is solidair met het volk en de regering van Oekraïne.

Solidair met de vluchtelingen, van wie de eersten ook in Den Haag zijn aangekomen.

Solidair zijn we ook met onze Poolse vrienden.

Met grote bewondering zien we hoe in Polen de grootste stroom vluchtelingen wordt opgevangen.

Tegelijkertijd realiseren we ons hoe veel meer dichtbij de oorlog voor de inwoners van Polen is.

En hoe angstaanjagend dat moet zijn.

Daarom beginnen we vandaag hier bij de Poolse ambassade, met het hijsen van de Oekraïense vlag.

Als startsignaal voor het hijsen van de Oekraïense vlag in heel Den Haag.

Den Haag, de internationale stad van vrede en recht.

In verbondenheid met Oekraïne.