Toespraak door Jan van Zanen bij de viering van het 50-jarig jubileum van Bas Dorlas, 21 maart 2024
Beste allemaal,
Beste Bas,
We zijn vandaag in een klein comité bij elkaar om stil te staan bij een niet alledaagse gelegenheid: jouw 50-jarig jubileum bij de gemeente Den Haag.
Op 14 januari 1974 kwam je in dienst bij de Dienst der Gemeentewerken, nadat je als 15-jarige jongen op Leidschenhage bij je opa al had kunnen snuffelen aan het vak van de straatmakerij.
Je komt uit een familie van stratenmakers, dus het was niet zo vreemd dat jij ook stratenmaker wilde worden.
Bij de gemeente bestond er in die tijd een echte opleiding tot stratenmaker.
Jouw leermeester was Ome Jan Plugge.
Van hem heb je de eerste drie jaar het vak geleerd.
Ome Jan was een statige man die keurig rechtop liep, maar die jullie onder elkaar daarom juist de bijnaam ‘Bult’ gaven.
Ome Jan kreeg het zwaar te verduren bij jullie, vooral rond koffietijd.
Wanneer hij zijn longen uit zijn lijf schreeuwde dat de koffie klaarstond deden jullie net of jullie hem niet hoorden…
Na drie jaar opleiding bij Ome Jan en het behalen van je A- diploma ging je naar de grote ploeg.
Daar leerde je het vak verder van een oudere, ervaren stratenmaker en je haalde je B-diploma.
Je was nog jong toen je werd gevraagd om ploegbaas te worden en je ging samenwerken met je broer Rob.
Het klikte goed tussen jullie en jullie leverden altijd keurig werk af.
Juist daarom kregen jullie altijd het werk waar, om in stratenmakers termen te spreken, wat haar op zat.
Bij de Dorlasjes kwam het altijd goed.
Het was de tijd van schaften in de houten keetwagen.
Krantje erbij om te kijken wat AJAX van het weekend had klaargespeeld en op z’n tijd een lekker makreeltje op de kachel en smullen maar.
Ik zie het voor me, en ruik het ook.
Nu heb ik uit betrouwbare bron horen zeggen dat de maandagen je wel wat zwaar vielen omdat je zondags gevoetbald had…
En de volgende dag de spieren dan niet echt meewerkten.
Zo’n 25 jaar geleden gooide je het over een andere boeg.
Samen met wat oudere stratenmakers ging je op inspectietocht door de stad: bestrating en speeltuinen opnemen.
Vrijdags altijd een broodje bal of iets lekkers van Dungelmann.
En collega Jan Heppener maar hopen dat er iets overbleef.
Na deze tijd heb je toch weer de straathamer uit het vet gehaald en ben je samen met Rob op de servicewagen gestapt.
Samen weer de stad opknappen.
Die samenwerking lijkt maar niet te stoppen: jullie zijn nu weer samen aan het werk in de functie van toezichthouder bij de afdeling van Klein Onderhoud.
Collega’s maken dankbaar gebruik van jullie 50 jaar ervaring en roemen jullie gezellige maar punctuele instelling.
Ook de verhalen van vroeger gaan erin als koek.
Bas, binnenkort mag je gaan genieten van je welverdiende pensioen.
Dan heb je rustig de tijd om te gaan schilderen en behangen en om te genieten met je vrouw, kinderen en kleinkinderen.
Heel veel dank voor je inzet en vakmanschap die je de afgelopen 50 jaar hebt getoond.
Met veel plezier overhandig ik je de speld die hoort bij dit bijzondere jubileum.