Toespraak door Jan van Zanen bij het afscheid van Jos Vermunt als dirigent en artistiek leider van de Residentie Bachensembles, 29 juni 2025

 

Beste zangers, orkestleden en bestuurders van de Residentie Bachensembles, beste Kloosterkerkgemeente, alle overige gasten en bovenal natuurlijk, beste Jos Vermunt,

Vandaag neemt u officieel afscheid van de Residentie Bachensembles.

Gelukkig kwam dit moment niet als een verrassing: de afgelopen anderhalf jaar hebben de musici, het publiek en ook u ernaar toe kunnen leven.

Met uitvoeringen die, nadat u had aangekondigd dat u zou stoppen, nóg intenser waren dan gebruikelijk.

En steeds, in toenemende mate, omkleed met enige melancholie.

Dertig jaar is per slot van rekening niet niks.

En waar anders dan hier, in de Kloosterkerk, kon vandaag de laatste uitvoering onder uw leiding plaatsvinden?

De kerk waar u zoveel concerten heeft gedirigeerd en ieder jaar elf cantates van Bach uitvoerde?

Die cantatediensten zijn u zeer dierbaar.

Al op jonge leeftijd begon u met het dirigeren van Bachcantates, in de Utrechtse Geertekerk.

Utrecht is de plek die ons bindt, waar we jarenlang allebei gewoond en gewerkt hebben.

In 2016 mocht ik u feliciteren met uw 25-jarig jubileum bij het Utrechts Toonkunstkoor.

Het Haagse hoofdstuk in uw leven begon in 1994.

Toen in november van dat jaar Gerard Akkerhuis plotseling overleed liet hij de Residentie Bachensembles ontredderd achter.

Maar daar was u, gelukkig.

Al een paar maanden later dirigeerde u de Matthäus-Passion, in de Dr Anton Philipszaal.

Vele volgden.

Voor u heel bijzonder was de samenwerking met Jan Rot bij zijn hertaling van de Matthäus.

Na afloop van de allereerste uitvoering stond de zaal op z’n kop.

Dat laatste was overigens ook het geval bij het jubileumconcert van het Bachkoor in Amare, drie jaar geleden.

Het publiek stond nog net niet óp de stoelen toen dat eindigde in een apotheose van Shaffy’s We zullen doorgaan, O, o, o, Den Haag en ABBA’s Thank you for the music.

Kijk, daar bent u dus ook voor in, dat vind ik heel leuk.

U beperkt zich sowieso bij de programmering van Kamerkoor en Bachkoor geenszins tot het ‘ijzeren repertoire’.

Met liefde en vol overgave breekt u een lans voor werken die we minder vaak horen of waarvan de inkt pas net is opgedroogd.

En u voert graag werk uit van Nederlandse en Haagse componisten, zoals Jan Hage, voormalig organist van deze kerk en Geerten van de Wetering, de huidige.

Van een uitstapje richting het theatrale, zoals een geënsceneerde Johannes-Passion, bent u ook niet vies.

Koorleden, orkestmusici en solisten dragen u op handen: u bent nu eenmaal iemand waar het heel prettig mee werken is.

Het draait bij u maar om één ding: dat is de muziek.

Mensen blijven opvallend lang lid van de koren.

Dat zegt veel over uw manier van werken en de sfeer die daardoor ontstaat: een mooie mix van het streven naar hoge kwaliteit én gezelligheid.

Overigens heb ik begrepen dat u ook niet-geoefende zangers tot grote hoogte kunt laten stijgen.

Kamerleden, toch meer gewend om de ideologische degens te kruisen, zongen onder uw leiding in harmonie Koningin Beatrix toe bij haar 25-jarig regeringsjubileum.

Met onze oud-vorstin en haar familie koestert u een speciale band, die zijn oorsprong vindt in uw medewerking, met de Bachensembles, bij verschillende Koninklijke plechtigheden.

U dirigeerde op tal van, soms onverwachte, plekken, zoals de Hofvijver (op een ponton, welteverstaan) en het atrium van ons stadhuis.

Met de Residentie Bachensembles trad u op als muzikale ambassadeur van Den Haag.

Bijvoorbeeld bij het Holland Festival, met The Veil of the Temple van John Taverner, een concert dat duurde van zonsondergang tot zonsopgang …

Hoe hield u dat vol?

Verschillende malen dirigeerde u in het buitenland, bijvoorbeeld in de kathedraal van Canterbury of onlangs nog in Leipzig, in Bachs ‘eigen’ Thomaskirche.

Bij uitvoeringen onder uw leiding gebeurt er steevast iets magisch.

In opperste concentratie en op basis van wederzijds vertrouwen weet u zangers en orkestleden nét dat beetje meer te laten geven.

Met als resultaat dat publiek én uitvoerenden in vervoering raken.

Voor u geldt steeds wat Beethoven boven zijn Missa solemnis schreef: ‘Von Herzen—möge es wieder—zu Herzen gehn!’

Beste Jos Vermunt,

In 2022 mocht wethouder Bruines u de Stadspenning uitreiken voor uw bijzonder grote bijdrage aan het Haags muziekleven.

Als artistiek leider van de Residentie Bachensembles heeft u heel veel mensen, op het podium en in de zaal, vreugde, ontspanning, inspiratie en troost geboden.

Dat is iets van onschatbare waarde.

U liet Den Haag zingen, en hoe.

So I say: thank for the music, for giving it to us.