Mevrouw De Westenholz, beste Caroline,
Vorig jaar leerden wij elkaar kennen toen ik een bezoek bracht aan, wat ik wel mag noemen, uw levenswerk: het Louis Couperus Museum.
In uw eigen huis aan de Javastraat 17, in de voormalige studio van uw stiefvader Albert Vogel junior, stichtte u in 1996 een intiem museum.
Gewijd aan de beroemdste schrijver van Den Haag, Louis Couperus.
Wat u zegt, van Nederland.
Voor de goede orde: u stelt uw huis om niet ter beschikking aan het museum en u draagt voor belangrijk deel bij aan de financiering ervan.
Al meer dan 25 jaar bent u als voorzitter van de stichting Louis Couperus Museum actief om het werk van Couperus onder de aandacht te brengen.
Als conservator heeft u vele van de 51 tentoonstellingen die er sindsdien te zien waren, gemaakt dan wel geïnitieerd.
Op het moment van mijn bezoek was er de tentoonstelling naar aanleiding van Couperus’ boek ‘Metamorfoze’ te zien.
Meteen kreeg ik een indruk van het hoge niveau én de originaliteit van de exposities in het Louis Couperus Museum.
Leerlingen van de Johan de Witt scholengroep hadden zich laten inspireren door het boek van Couperus, wat resulteerde in fantasievolle installaties.
Wat het Louis Couperus Museum zo bijzonder maakt, is niet alleen de huiselijke sfeer die het ademt.
Ook de manier waarop de tentoonstellingen zijn ingericht is heel speciaal.
Het museum maakt daarbij bewust gebruik van alle kunstvormen, geheel volgens in lijn met het in de tijd van Couperus zo populaire idee van het ‘Gesamtkunstwerk’.
Hier bespeuren wij natuurlijk ook uw hand als kunsthistorica.
Opgeleid in Leiden waar u bij Antoine Bodar afstudeerde op het dandyisme.
Couperus was de dandy bij uitstek.
Maar ook u bent steeds op zoek geweest naar de perfecte dandy.
U vond hem in uw grote liefde, de journalist en schrijver van kookboeken Peter ffrench-Hodges.
Helaas is Peter 5 jaar geleden overleden.
Na uw doctoraal promoveerde u in Amsterdam op een proefschrift over Albert Vogel senior, net als zijn zoon Albert junior een groot voordrachtskunstenaar.
Beiden hebben heel veel gedaan voor de verspreiding van het werk van Couperus.
U zet die traditie voort.
Het Louis Couperus Museum zorgt al ruim een kwart eeuw voor blijvende aandacht voor één van Nederlands, ja van Europa grootste schrijvers.
Dat zou allemaal niet zijn gebeurd zonder u.
Het is te danken aan uw onvermoeibare inzet dat het museum er kwam en tot op heden zo’n rol van betekenis speelt.
Een parel voor Den Haag, wat zeg ik, voor heel Nederland.
Het is me dan ook een groot genoegen u mede te delen dat Zijne Majesteit de Koning besloten heeft u daarvoor Koninklijk te onderscheiden.