Openingswoord door Jan van Zanen bij de bijeenkomst van Platform WO2 Den Haag, 28 augustus 2023

 

Geachte aanwezigen,

 

Hartelijk welkom bij deze bijeenkomst van Platform WO2 Den Haag.

Een netwerk van verschillende Haagse organisaties met verschillende achtergronden:

Joodse, Indische, nazaten van verzetsmensen, veteranen, musea en organisaties achter de vele herdenkingen en vieringen die hier jaarlijks plaatsvinden.

Allemaal heeft u hetzelfde doel voor ogen:

Ervoor zorgen dat de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog niet vervaagt.

Het doet me veel plezier om u weer te mogen begroeten, nadat wij op 30 september van afgelopen jaar bijeen zijn gekomen in de Haagse Lobby.

Dit keer zijn we te gast in museum Sophiahof en niet zonder reden.

Want deze bijeenkomst is er extra aandacht voor de herdenkingen van de Tweede Wereldoorlog in Azië.

Zelf mocht ik op 15 augustus weer een krans namens het gemeentebestuur leggen bij het Indisch monument.

Deed dat samen met Frederik von Maltzahn, een leerling van het VCL, die bij de bijeenkomst sprak over de lotgevallen van zijn overgrootvader.

Net als het jaar ervoor was het een indrukwekkende herdenking.

Waarbij het me opviel dat er veel jongeren aanwezig  waren, misschien wel meer dan vorig jaar.

Het betrekken van jongeren bij herdenkingen, voor wie de Tweede Wereldoorlog echt lang geleden is, is een ander thema dat vandaag op uw agenda staat.

Dat was ook de heldere opdracht die tot uiting kwam op 15 augustus: we moeten de verhalen over de oorlog doorvertellen aan de toekomstige generaties.

Juist nu wij elk jaar van steeds meer mensen afscheid moeten nemen die nog uit eigen ervaring verslag kunnen doen van de gebeurtenissen in de jaren 1940-1945.

U bent daar, zoals ik al zei, op verschillende manieren mee bezig.

Dankzij u blijft de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog in Den Haag levend.

Niet alleen de herinnering aan het lot van onze stad en haar inwoners maar ook de herinnering aan wat de inwoners van Azië overkwam in die vreselijke jaren.

Voor die inzet, voor het grootste deel op vrijwillige basis, ben ik u, dat weet u, heel dankbaar.

Want ik realiseer me terdege hoeveel tijd er gaat zitten in bijvoorbeeld het organiseren van de herdenkingen.

Of het op touw zetten van andere activiteiten.

Tegelijkertijd is het werk dat u doet ontzettend belangrijk.

En u vertegenwoordigt een schat aan kennis en ervaring.

Daarom zeg ik wederom: dank u wel.

Eveneens dank aan de R.G. Ruijs stichting en aan Gerben van den Berg van het nationaal comité 4 en 5 mei voor het verzorgen van het inhoudelijke deel van deze middag.

Tot slot herhaal ik de boodschap aan u allen: indien de gemeente u ergens mee kan helpen, trek dan aan de bel.

Een heel goede bijeenkomst gewenst.

En gaat u alstublieft zo door.