Meneer Soebedar,
U kwam eind jaren zestig naar Nederland.
U sloot succesvol uw studie aan de TU Delft af en werd ingenieur.
Na enkele jaren in Nederland besloot u terug te gaan om uw bijdrage aan de opbouw van Suriname te leveren. Vervolgens ging u – zoals velen – toch weer naar Nederland.
U combineerde uw werk als document controller engineering bij het bedrijf Technip Benelux in Zoetermeer een aantal jaren met vrijwilligerswerk.
U was actief voor verschillende maatschappelijke organisaties binnen de Hindoestaanse gemeenschap.
In 2013 ging u met pensioen.
Na uw pensionering ging het vrijwilligerswerk door.
De waardering voor uw inzet voor de Hindoestaanse gemeenschap is groot.
Dat blijkt uit verschillende aanbevelingen bij de aanvraag voor uw koninklijke onderscheiding.
Om te beginnen is daar de Surinaamse Sportvereniging Toofan.
U voetbalde daar in uw studententijd en werd er na terugkeer uit Suriname opnieuw lid.
U zou er uiteindelijk niet alleen voetballen.
U was betrokken bij de trainingen van het eerste elftal, was lid van de kascommissie en werd opgenomen in het bestuur van de vereniging.
Als tweede secretaris was u onder meer verantwoordelijk voor de contacten met de gemeente.
Met een onderbreking van een aantal jaren bent u ook al sinds 2008 bestuurlijk actief voor de Hindoe Ouderen Bond Den Haag (HOB).
Eerst als ondervoorzitter en vanaf 2016 tot heden als algemeen bestuurslid.
U staat bij de HOB bekend als een kundig bestuurder met het hart op de juiste plaats voor de Hindoestaanse ouderen.
U bent ook oprichter en grondlegger van de Stichting Arya Samaj [Aria Samáátsj] Nederland.
Ik noem drie hoogtepunten.
U was projectleider voor de bouw van een nieuwe locatie, u coördineerde de samenwerking rond drie te bouwen verenigingsgebouwen in het Laakkwartier en u zette zich in voor de realisatie van het Mandirpark.
Vervolgens zocht u in 2015 verbreding met het Arya Samaj [Aria Samáátsj] Platform Nederland, kortweg A.S.P.N.
Dit platform is een overkoepelend adviesorgaan op het gebied van gezondheid, welzijn, sport en recreatie.
U was medeoprichter en bent nog altijd betrokken als adviseur.
Tot slot noem ik uw lidmaatschap van de WMO-raad van de gemeente Den Haag.
U adviseerde de gemeente enkele jaren vanuit het perspectief van de Hindoestaanse cliënten en dacht mee over de uitvoering van het beleid.
Meneer Soebedar, als jongeman heeft u zich willen inzetten voor de opbouw van het land Suriname. Uiteindelijk heeft uw maatschappelijke betrokkenheid vooral vorm gekregen in sportieve en bestuurlijke belangenbehartiging voor de Hindoestaanse gemeenschap in Den Haag en Nederland.
Die bijdrage eren we vandaag met een koninklijke onderscheiding.
Ik mag u mededelen dat Zijne Majesteit de Koning het behaagd heeft u te benoemen tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau.