Toespraak door Jan van Zanen bij de Nationale Srebrenica Genocide herdenking, 11 juli 2023
Excellenties,
Geachte aanwezigen,
11 juli.
Sinds de zomer van 1995 is het een beladen dag.
De dag dat de enclave Srebrenica werd ingenomen, gevolgd door de koelbloedige moord op meer dan achtduizend Bosniakken.
De eerste genocide in Europa sinds de Tweede Wereldoorlog.
Vandaag staan wij stil bij de vreselijke gebeurtenissen van 28 jaar geleden.
En herdenken wij de slachtoffers: vaders, grootvaders, zoons, kleinzoons, neven, vrienden, klasgenoten, collega’s, buren.
Wij herdenken hen samen.
Met u, de nabestaanden.
Met oud-Dutchbatters en met mensen van het forensisch team, die zo belangrijk waren en zijn voor de identificatie van de slachtoffers.
De herinnering aan de genocide van Srebrenica, in al zijn gruwelijkheid, is iets dat ons bindt.
Dat geldt in het bijzonder voor Bosnië en Nederland.
Tegelijkertijd is het herdenken van de slachtoffers van Srebrenica iets dat de gehele mensheid aangaat.
Daarom ben ik dankbaar dat zoveel ambassadeurs gehoor hebben gegeven aan de uitnodiging van ambassadeur Sahovic.
Today, here in The Hague, together with all those who feel connected with it, we remember the victims of the genocide in Srebrenica.
The war crimes of the summer of 1995 mark a low point in recent history.
A shared history, not just that of Bosnia and the Netherlands, but of all humanity.
Therefore, as representatives of the international community, I would like to thank you for your presence here.
Ja, de genocide van Srebrenica maakt deel uit van de wereldgeschiedenis.
Maar Den Haag en Srebrenica zijn natuurlijk op een bijzondere manier met elkaar verbonden.
Nog niet zo lang geleden werden hier de laatste twee vonnissen uitgesproken door de opvolger van het Joegoslavië-Tribunaal.
De hoofdverantwoordelijke van de genocide van Srebrenica, Ratko Mladic, is hier in 2017 tot een levenslange gevangenisstraf veroordeeld en slijt zijn dagen in de gevangenis van Scheveningen.
Even belangrijk is het creëren van een plek ter nagedachtenis aan de slachtoffers.
Nu alle mogelijkheden zijn onderzocht zal de gemeente de Werkgroep Nationaal Monument Srebrenica Genocide ’95 en het Rijk vragen om de benodigde vervolgstappen te bespreken om tot een waardig Srebrenica-monument te komen.
Een monument dat de herinnering levend houdt aan de ruim achtduizend levens die op gewelddadige wijze werden beëindigd.
Een monument dat de internationale gemeenschap herinnert aan de verplichting tot humanitaire interventie.
Een humanitaire interventie die daadwerkelijk kans van slagen heeft.
Daarnaast blijft Den Haag, als stad van vrede en recht, zich inzetten voor de versterking van de internationale rechtsorde en het internationale strafrecht.
Op welke wijze dan ook.
Plegers van oorlogsmisdaden mogen er simpel gezegd niet mee wegkomen.
De actuele situatie, met de oorlog in Oekraïne, laat ons dagelijks zien hoe bitterhard dat nodig is.
Laat de herinnering aan de slachtoffers van de genocide van Srebrenica, die meer dan achtduizend vermoorde jongens en mannen, ons steeds manen tot handelen.
Nu en in de toekomst.