Woord van welkom door burgemeester Jan van Zanen bij de ontvangst van president Santokhi van Suriname, 8 september 2021

 

Meneer de president,

Mevrouw Santokhi,

Excellenties,

Mevrouw Roopram,

Meneer Partiman,

Meneer Baldewsingh,

Meneer Ramlal,

Geachte aanwezigen,

 

Heel hartelijk welkom in Den Haag en hier in het Johan de Witt Huis.

Mede namens wethouder Kavita Parbhudayal.

Een welkom dat natuurlijk in het bijzonder president Santokhi en zijn echtgenote geldt.

Meneer Santokhi, jaren geleden, in september 2012, mocht ik u al eens ontmoeten.

Dat was bij de Indian Diaspora Conference de RAI in Amsterdam.

Wie had toen kunnen bedenken dat ik u nog eens als president van Suriname zou mogen welkom heten, in mijn hoedanigheid als burgemeester van Den Haag?

Mevrouw Santokhi, u mocht ik nog niet zo lang geleden ontvangen op het Stadhuis.

Aan ons gesprek bewaar ik bijzonder goede herinneringen.

Een hartelijk welkom uiteraard ook aan ambassadeur Van der Zwan, ambassadeur Khargi en zijn echtgenote, mevrouw Sietaram.

Uw aanwezigheid hier onderstreept de herstelde diplomatieke betrekkingen tussen Suriname en Nederland.

Maar bovenal is het uw werkbezoek, meneer Santokhi, dat klip en klaar verwoordt:

Paramaribo en Den Haag zijn weer volop in gesprek.

En meer dan dat.

Suriname maakt heel moeilijke tijden door, mede als gevolg van de coronapandemie.

Juist nu staat ons land zij aan zij met de inwoners van Suriname, met raad én daad.

We zijn blij dat Nederland Suriname heeft kunnen helpen met meer dan een half miljoen Astra Zeneca vaccinaties.

 

Meneer Santokhi,

tijdens uw werkbezoek zult u niet alleen de leden van ons parlement toespreken.

Een eer die tot nu toe slechts weinig buitenlandse staatshoofden te beurt is gevallen.

U zult ook de Anton de Kom-lezing houden.

Anton de Kom, dat weet u waarschijnlijk wel, woonde tijdens de Tweede Wereldoorlog in Den Haag.

Aan de Johannes Camphuijsstraat 296 in het Bezuidenhout, om precies te zijn.

Als verzetsstrijder werd hij gearresteerd en via het Oranjehotel – afgelopen zaterdag was er de jaarlijkse herdenking – naar Duitsland gedeporteerd.

Anton de Kom werd onsterfelijk door zijn boek Wij slaven van Suriname.

In 2023 zullen wij ook in Den Haag het 150-jarige jubileum vieren van de afschaffing van de slavernij in Nederland en haar toenmalige koloniën.

En, als Hindoestaanse hoofdstad van het Europese vasteland, ook uitgebreid stilstaan bij het begin van de Hindoestaanse immigratie die in hetzelfde jaar, 1863, begon.

Suriname heeft zich, mede door die Hindoestaanse immigratie, ontwikkeld tot een land waar verschillende bevolkingsgroepen met elkaar samenleven.

En dat is nóg een reden waarom Den Haag zich zo verbonden voelt met Suriname.

Want ook Den Haag is een smeltkroes van culturen, een stad waar de wereld thuis is.

Vele talen worden hier gesproken, vele geloven beleden.

De grootste Hindoetempel van Europa is hier te vinden.

En denk aan de zeer populaire Divali-viering, al heeft corona hier de afgelopen tijd natuurlijk het nodige roet in het eten gegooid.

Van harte hoop ik dat uw werkbezoek ertoe moge bijdragen dat de band tussen Nederland en Suriname verder verstevigd zal worden.

En dat ook de stad Den Haag daarin een rol mag blijven spelen.

Daar hef ik graag met u het glas op.