Meneer Van Dijk,

Beste Wout,

Den Haag is de stad van vrede en recht.

U bent een man van vrede en tennis.

Al ruim dertig jaar speelt u bij Thor de Bataaf.

Volgens sommigen staat Thor niet voor de god uit de Noorse mythologie, maar voor ‘Tot Heil Onzer Rackets’.

Klopt dat?

‘Tot Heil Onzer Ribbenkast’?

Ook erg mooi.

U bent niet alleen een zeer verdienstelijk speler; vorig jaar bereikte u nog de halve finale Single bij de Nationale kampioenschappen Senioren.

U zet zich met hart en ziel in voor uw club, door u zelf omschreven als uw ‘tweede thuis’.

Daarbij komen uw verbindende en vredelievende karaktereigenschappen goed van pas.

Dat bleek al meteen aan het begin van uw tijd bij Thor de Bataaf.

Op dat moment liepen de gemoederen, om allerlei redenen, binnen de vereniging hoog op.

Zozeer zelfs dat tijdens een ledenvergadering de gehele toenmalige Technische Commissie ‘en bloc’ opstapte.

Wat u er vervolgens toe bracht om op te staan en te zeggen: “Ik wil graag iets terugdoen en stel mij beschikbaar als voorzitter van de Technische Commissie”.

Dat was het begin van een reeks lange jaren waarin u vele bestuursfuncties vervulde en zo ‘iets terug kon doen’ voor de vereniging die u zo na aan het hart ligt.

U opereert daarbij het liefst op de achtergrond en bemiddelt en verzoent waar nodig.

Na uw voorzitterschap van de Technische Commissie volgde een lidmaatschap van het bestuur en daarna bent u 9 jaar lang voorzitter van de vereniging geweest.

Ook stak u veel tijd in het moderniseren van de statuten, waarbij uw juridische kennis ongetwijfeld van pas kwam.

Intussen bent u, alweer enkele jaren, opnieuw toegetreden tot het bestuur.

Kortom, u bent niet te stoppen.

Dat is niet onopgemerkt gebleven.

Van harte gelukgewenst met de Koninklijke onderscheiding die u is toegekend.